Goed onderwijs vraagt om een krachtig curriculum. Een curriculum met duidelijke doelen, valide beslissingen en krachtige didactiek. Dit ontstaat door docenten die vanuit een doordachte visie samenhangend onderwijs ontwerpen op basis van weloverwogen en onderbouwde keuzes. Deze toolbox biedt alles om daar als team samen mee aan de slag te gaan.
Leren door ontwerp

Fase 1
Doordachte visie
Een curriculum is nog geen visie. Zonder een breed gedragen, doordachte visie is het curriculum een stuurloos schip. Het is daarom belangrijk dat je als team actief stilstaat bij de visie. Waartoe dient het curriculum? Hoe willen we studenten laten leren? Visie is meer dan een verhaal op papier.
Voordat je aan deze fase begint:
✔ Redenen waarom jullie het curriculum willen (her)ontwerpen.
✔ Zicht op relevante ontwikkelingen voor de organisatie.


Je kunt beter ten onder gaan met
je eigen visie dan met de visie van een ander.
– Johan Cruijf
Kennis verrijken
Curriculum ideologieën
Waartoe dient het curriculum? Is dit bijvoorbeeld om kennis toe te brengen of studenten zichzelf te laten ontplooien? Een overzicht van de vier curriculum ideologieën.
🕓 5 minuten
Leertheorieën
Op welke manier kunnen studenten het beste leren? Is dit bijvoorbeeld op basis van een instructie of door dingen te ontdekken? Een samenvatting van zes theorieën.
🕓 6 minuten
Tijdlijn leertheorieën
Wanneer, waarom en bij wie ontstonden verschillen leertheorieën in de afgelopen 100 jaar? Een interactieve tijdlijn met 50 theorieën en ideeën.
🕓 10 minuten
Aan de slag
Waartoe dient een curriculum?
Met deze opdracht verdiep je je als team in de verschillende ideologieën en maak je met elkaar zichtbaar waar jullie voorkeur ligt en hoe dit terug te zien zou kunnen zijn.
🕓 60 minuten
Curriculumkeuzes
Met deze opdracht bespreek je samen een aantal belangrijke keuzes over de vorm van het curriculum. Deze gebruik je later in het proces ter controle.
🕓 60 minuten
Gedeelde taal
Met deze opdracht bespreek je samen een aantal dilemma’s over het onderwijs. Deze dienen om te werken aan een gezamenlijke taal.
🕓 30 – 90 minuten